Polakkermast
Mast die uit drie afzonderlijke masten bestaat, die op elkaar zijn vastgebonden. Zie je nog wel eens op de Middellandse Zee.
Polakker
(1) Groot, vierkantgetuigd schip uit de zeventiende eeuw, met twee of drie masten, dat vooral in de Middellandse Zee werd gezien. (2) Klein Frans oorlogsschip met marszeilen aan de grote en bezaansmast en een latijnzeil aan de voormast.
Point
Scherp zeilen.
Poespas
Weke stamppot waarvan de samenstelling altijd onduidelijk is gebleven. Officieel een gerecht van vlees, gort of droge rijst en groenten.
POE
Port Of Entry. In Amerika: Port Of Embarkation. Haven van binnenkomst-ontscheping.
Prins 8M One Design
Trailerbaar polyester rondspant zeiljacht met vier vaste slaapplaatsen. L.O.A. 8 m., breedte 2,49 m., zeiloppervlak 28,80 m². Driehoekige wimpel of een bijna vierkante vlag, waarin de kleuren van de natievlag stervormig in zes segmenten zijn verwerkt. De dubbele prinsengeus mag officieel slechts door (voormalige) officieren van de Koninklijke Marine worden gevoerd. Zie ook Geus.
Principessa Mafalda
Italiaanse stoomboot die op 25 oktober 1925 explodeerde nabij Porto Seguro, Brazilië. 314 personen kwamen daarbij om het leven.
Principe de Asturias
Spaanse stoomboot die op 3 maart 1916 verging nabij Santos, Brazilië. 558 opvarenden vonden de dood.
Principal Race Officer
Hoofd van de wedstrijdleiding van een matchrace, die optreedt namens het wedstrijdcomité.
Princess Victoria
Britse ferry die op 31 januari 1953 in een storm verging voor de kust van Noord-Ierland. 134 opvarenden kwamen om. Zie ook Stormvloed en Watersnoodramp.
Princess Sophia
Canadese stoomboot die op 25 oktober 1918 verging voor de kust van Alaska. 398 opvarenden lieten daarbij het leven.
Princess 53
Polyester knikspant (diep-V) motorjacht met zes tot acht vaste slaapplaatsen. L.O.A. 16,23 m., breedte 4,62 m., diepgang 1,14 m.
Prikkenbak
Bak waarin de prikken levend werden gehouden.
Prikkebijter
Jongen die bij het azen van de kabeljauwbeug van de prikken de kop af moet bijten.
Prik
Negenoog. Aasvisje met de vorm van een kleine paling.
Prijsbemanning
Bemanning die door een oorlogsschip op een veroverd schip wordt geplaatst, ten einde dit schip naar een bepaalde haven te brengen.
Priem
Puntig werktuig om te steken en gaten te maken.
Priel
Nauwe doortocht tussen zandbanken, met name die in de Waddenzee.
Preussen
Duits schip dat in 1902 van stapel liep en destijds de enige volgetuigde vijfmaster ter wereld was. L.O.A. 124 meter, breedte 16,40 m. Voerde 47 zeilen met een totaal zeiloppervlak van 4650 m².
Press of sail
Ook: press of canvas. De grootste hoeveelheid zeil die een schip kan voeren zonder onaanvaardbare risico`s te lopen.
Presenning
(1) Groot dekkleed dat over de luiken van een vrachtschip wordt gelegd. Soms worden er twee of meer presennings op elkaar gelegd, om de lading tegen regen en buiswater te beschermen. De presennings worden vastgelegd door ze te schalken. (2) Smalle zeildoekband op een deknaad, om die naad tegen inwateren te beschermen.
Preekstoel
Een beschermende reling, doorgaans vervaardigd van (roestvrij) stalen buizen, rondom de voorsteven van een jacht. Een dergelijke reling rondom het achterschip noemt men hek, hekstoel of ook wel achterpreekstoel.
Precision 18
Trailerbaar zeiljachtje met vier slaapplaatsen, maar zonder toilet en kookgelegenheid. L.O.A. 5,95 m., breedte 2,24 m., zeiloppervlak grootzeil 8 m², fok 5,50 m².
Pre-sea Certificate
Diploma van de cursussen `overleven op zee` en `brandbestrijding`, zonder welke niet kan worden aangemonsterd.
Prawner
Garnalenvisser.
Prauw
Van het Indonesische perahu. Algemene benaming voor allerlei vaartuigen uit de Indonesische archipel. (Perahu karet = elastieken boot = rubberboot.) Doorgaans slank boottype met vaak hoge voor- en achtersteven. Soms met uitleggers, tegen het omslaan. We onderscheiden onder andere de perahu mayang, voor het vissen met kleinmazige sleepnetten en rijstvervoer, de perahu jangolan (of perahu golekan) voor het vervoer van vee, de perahu tambangan (ook sampan of sopek genoemd) voor veerdiensten en de vlerkprauw voor de grote visvangst. Zie ook Rambaya.
Pratique
(f). Verlof tot ontscheping.
Practica
Verlof om gemeenschap te openen tussen enig schip en de wal na ontslag uit quarantaine.
Praam
(1) Klein, plat vaartuig dat op de binnenwateren wordt gebruikt voor het transport van vee of goederen. (2) Klein, tjalkachtig zeilschip.
Praaien
Een schip op zee aanroepen om informatie te verkrijgen over herkomst en bestemming, en-of te vragen om een boodschap over te brengen. `Ga je naar Rotterdam? Doe dan de groeten aan Henkie van de Parkkaai!`
Psalmzingen
Op blote knieën het dek schuren met puimsteen en zand. Gebeurde vaak onder het luidkeels galmen van psalmen.
Psalm 107
Zie Zeemanspsalm
Psalmboekje
Straatklinker waarmee het dek werd geschuurd.
Put
Plaats waar de baggermolen de bagger naar boven haalt.
Pushermast
Zesde mast op een schoener met zeven masten of meer.
Pusses
Houten emmers.
Purser
Scheepsadministrateur, aan boord van passagiersschepen het hoofd van de hofmeesters.
Puntklamp
Halve klamp.
Punteren
Bomen
Punter
Slank, sierlijk scheepje, als vissersboot in de binnenwateren gebruikt, maar vooral gebouwd voor gebruik door boeren. Voert een sprietzeil zonder giek, bevestigd aan een steekmast. L.O.A. ± 6.30 m. Verwant aan de grundel.
Punten en strepen
Erwten met worteltjes.
Punten van het vlak
Omhoog gebogen uiteinden van de vlak(bodem)-delen van een botter.
Pulen
Eenden.
Pul
Machinekamer.
Puimsteen
Lichte poreuze gestolde lavasteen, veel gebruikt voor het schuren van houtwerk en roestplekken.
Putting
(1) Metalen plaat vastgezet in de zijkant van de boot om de stagen aan te bevestigen. (2) Elk van de lange ijzeren schakels of stangen die de touwen van het hoofdwant aan de rust verbinden. Zie ook Staand want.
Puts
Ook: slagputs. Emmertje met een stevig hengsel. In dit hengsel zit een oog gedraaid en daarin bevindt zich een kous. Om deze kous wordt het zogenaamde `putseindje` gesplitst. Met de puts kun je water van buitenboord omhoog halen, om het dek te schrobben of jezelf te wassen.
Pyrrophyto
Zie Alg
P-serie
De 8 schepen van de Amsterdamse rederij Spliethoff waarvan de naam begint met een P: Paleisgracht, Palmgracht, Parkgracht, Pauwgracht, Pietersgracht, Poolgracht, Prinsengracht en Pylgracht. Zie ook A-serie, B-serie, E-serie, H-serie, K-serie en L-serie.
P-maat
Zeilmakersterm. De lengte van het voorlijk. Zie ook J-maat, I-maat, LP-maat en E-maat.
P & O
Peninsular and Oriental Steam Navigation Company.
Quinquereme
Grieks-Romeinse galei met aan weerszijden vijf rijen roeibanken. Een dubbele quinquereme had aan weerszijden tien rijen roeibanken. I
Quickstepladder
Opvouwbare patentladder (soort lange touwladder), die aan een val in de mast kan worden gehesen en waarmee je tot boven in de mast kunt klimmen. Als je vaart, vergeet dan niet de ladder beneden goed vast te zetten, want anders bestaat de mogelijkheid dat je op een gegeven moment behoorlijke slingers maakt.
Queen Elizabeth
Het grootste passagiersschip dat ooit is gebouwd. Liep in 1940 van stapel en brandde in 1972 uit. L.O.A. 314 m., breedte 36 m., 83.673 ton.
Queen Mary
Eens het grootste passagiersschip ter wereld. Werd tussen 1930 en 1934 gebouwd, deels met subsidie van de Britse regering. In 1936 en 1938 won het schip de Blauwe Wimpel. Na in de Tweede Wereldoorlog als troepentransportschip te zijn gebruikt, werd het in 1947 weer ingezet op de Noordatlantische route. Later werd het een museumschip. Zie ook Curaçao.
Quartering
Schuin in de golven varen.
Quarterdeck
(1) Halfdek; achterdek. (2) Verzamelnaam voor (marine)officieren.
Quarantaine
Korter of langer gedwongen verblijf op een afgezonderde plaats van schepen die uit besmette gebieden komen of mensen met een besmettelijke ziekte aan boord hebben.
Quadrupel
(1) Ook: dubbelvier. Ploeg van vier roeiers. (2) Roeiboot met twee korte riemen voor elk van de vier roeiers. (3) Roeiteam van vier dames.
Quadrireme
Grieks-Romeinse galei met vier rijen roeiers boven elkaar.
Q-schepen
Koopvaardijschepen bewapend met verborgen kanonnen, die in de Eerste Wereldoorlog werden ingezet bij de strijd tegen de Duitse U-boten.
Ra
Alleen bij vierkantgetuigdeschepen en schepen met loggerzeilen of gaffeltopzeilen. Lang rondhout, naar het eind toe iets taps, kruisgewijs aan een mast of steng hangend, waaraan de razeilen opgehangen worden. Zie afb. 20 en 52.
Radiobaken
Hierbij wordt door een walstation of lichtschip een elektromagnetisch veld uitgezonden, waarop men de radio kan afstemmen en met een radiorichtingzoeker de richting van het baken kan peilen.
Radio-officier
Marconist. Persoon in het bezit van ten minste het overeenkomstig de bepalingen van het Radioreglement afgegeven eerste of tweede klasse certificaat van bekwaamheid als radiotelegrafist, of van een algemeen certificaat als radiotelegrafist voor de maritieme mobiele dienst, die te werk is gesteld in het radiotelegraafstation van een zeeschip. Hij dient vlak voor het vertrek uit een haven de laatste relevante weerberichten en navigatieberichten op te nemen. Zodra het schip de haven verlaat luistert de radio-officier op de noodfrequentie uit, zendt hij een TR aan het plaatselijk kuststation, neemt hij weerberichten en waarschuwingen betreffende de navigatie op en beluistert hij de verkeerslijsten van de kuststations.
Radio code
AAIC.
Radio company
Verrekeningsmaatschappij.
Radiatiemist
Zie Mist
Raderboot
Vaartuig dat wordt voortbewogen door schepraderen. De eerste stoomschepen werden met dit systeem voortgestuwd. De bekendste raderboten zijn wellicht die van de Mississippi, waarover men onder andere in de boeken van Mark Twain kan lezen.
Radarwaarnemer
Iemand die op een radarpost scheepsbewegingen waarneemt en deze gegevens eventueel doorgeeft aan belanghebbende instanties, zoals het loodswezen.
Radarreflector
Ruitvormig apparaat van metaal dat aan alle vier zijden een pyramidevormige reflector heeft. Wordt behalve op boeien ook op boten geplaatst, omdat deze anders door de radar niet worden waargenomen. Moet ten minste 4 meter boven de waterspiegel zijn aangebracht om het gewenste effect te kunnen hebben. Op veel wateren verplicht. Behalve de open radarreflectors zijn er ook reflectors die in een plastic bus op de mast zijn gemonteerd. Deze hebben als voordeel dat de kans op schavielen sterk wordt verminderd.
Radarhorizon
De maximale afstand waarop objecten door de radar kunnen worden waargenomen.
Radar
Radio Detection And Ranging. Instrument waarmee schepen, kusten, boeien enzovoort kunnen worden waargenomen wanneer dit met het blote oog niet mogelijk is, bijvoorbeeld door duisternis of mist. Het apparaat zendt een bundel elektromagnetische golven uit in een bepaalde richting. De objecten in de bundel reflecteren de golven naar de radarontvanger, die ze zichtbaar maakt op een beeldscherm, dat `indicator` wordt genoemd. Zie ook Panoramascherm en Scanner.
Rad
Stuurwiel.
Rabot
Keersluis in een waterloop, bestaande uit twee op elkaar liggende horizontale balken, die aan de uiteinden in de groeven van de sluismuren passen.
Rabbit
Zie Poortstart.
Raband
(1) Ook: reeband. Touw waarmee een zeil aan de ra wordt vastgebonden. (2) Op binnenvaartschepen het touw waarmee het zeil langs de mast naar boven wordt gehesen en wordt gestreken.
Raasdonders
Kapucijners met vet, doorbakken spek of gerookt spek, geserveerd met aardappelen of rijst en garnituur. Zie ook Zeeuwse rijsttafel.
Raamspant
Ook: webspant. Spant van een zeer zware constructie in de machinekamer of het ketelruim.
Raamnet
Visfuik met een groot raam aan de ingang, dat voor de opening van een sluis wordt geplaatst.
Raaj
Ravan de breefok.
Raaien
Peilingen verrichten in een rivier, doorgaans in een richting loodrecht op de stroom.
Raai
Ook: raailijn. Denkbeeldige lijn dwars op een rivier of dijk.
Raad voor de Scheepvaart
Vroeger `Raad van Tucht`. Soort tuchtcommissie voor de koopvaardij en de zeevisserij, die met name belast is met het onderzoek naar de oorzaak van scheepsrampen.
Raad van Tucht
Zie Raad voor de Scheepvaart.
Ra I
Dit papyrusvlot van Thor Heyerdal verging in 1969 op de Atlantische Oceaan.
Ra II
Met dit papyrusvlot verliet Thor Heyerdal in 1970 Marokko om 6100 kilometer en 57 dagen later op de kust van Barbados te landen. De Ra II is te bezichtigen in het Kon-Tikimuseum te Oslo.
RCC
Reddings Coördinatie Centrum. Het Nederlandse RCC is gevestigd te IJmuiden en gebruikt tijdens SAR-operaties de naam IJmuiden Rescue. Het RCC heeft de beschikking over vele lijn- en radioverbindingen, zowel in als buiten de kustwachtorganisatie.
RDM
Rotterdamse Droogdok Maatschappij.
Rederij
Bedrijf dat schepen uitrust en met commercieel oogpunt in de vaart brengt.
Reder
Degene die één of meer schepen exploiteert.
Reden
Een schip uitrusten en in de vaart brengen. Zie ook Zeilree.
Reddingsvest
Persoonlijk reddingsmiddel, zodanig geconstrueerd dat het de drenkeling met het aangezicht boven water doet drijven. Zie ook Zwemvest.
Rede
Ree
Reddingsboot
(1) Boot van een reddingsbrigade, bestemd om schipbreukelingen te redden. (2) Reddingssloep aan boord, dienend om het schip in noodgevallen te kunnen verlaten.
Reddingsboei
Rond of hoefijzervormig voorwerp uit kurk of ander drijvend materiaal, dat aan drenkelingen wordt toegeworpen.
Redding van schipbreukelingen
Dit wordt in Nederland georganiseerd door onder andere de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM), de Opsporings- en Reddingsdienst van de Koninklijke Marine (OSRD), de Kustwacht en het station Scheveningen-Radio. Iedereen die ooit bij een reddingsoperatie betrokken is geweest, weet hoe enorm belangrijk dit werk is. Zie ook Noordzee (2).
Red tide
Rode verkleuring van het zeewater langs sommige (sub)tropische kusten door organismen die onder andere vissterfte kunnen veroorzaken.
Red Star
Belgische stoomvaartlijn tussen Antwerpen en Amerika.
Red Fox 200 E
Trailerbare polyester familiekruiser, sloepgetuigd. Veel ruimte in de kajuit. Engels ontwerp, hetgeen meestal betekent dat de boot probleemloos kan droogvallen. L.O.A. 6,08 m., zeiloppervlak 18,50 m².
Red ensign
Rode vlag met in de linkerbovenhoek de vlag van Groot-Brittannië. Britse koopvaardijvlag, die ook wordt gebruikt op jachten, als natievlag en als gastenvlaggetje.