NSM
Nederlandsche Stoomboot Maatschappij. Rederij die in 1823 werd opgericht te Rotterdam.
Nulbak
Bak waaraan gestrafte zeelieden vroeger moesten schaften. `Jij schaft aan bak nul.`
Nuggar
Vrachtboot van de boven-Nijl.
NVBZ
Nederlandse Vereniging tot Behoud van Zeilwherries `Het Zeilend Scheehout`Behoudsorganisatie die in 1990 is opgericht.
NVB
Nederlandse Vereniging van Beroepsduikers.
NVvT
Nederlandse Vereniging van Toerzeilers.
NWP
Elektronische-navigatieterm. Nearest waypoint. Lijst van de dichtstbijzijnde waypoints met peiling en afstand.
Nylonlijnen
Elastische, sterke vezels die tot 15% van hun sterkte kunnen verliezen als ze nat zijn. Redelijk bestand tegen slijtage. O
Nylonkousen
Spottende benaming voor de netten van de trawlers waarmee onder andere Deense vissers in grote delen van de Noordzee massale hoeveelheden jonge kabeljauw, haring en wijting vangen, voor de produktie van vismeel en visolie. De netten worden zo genoemd vanwege hun maaswijdte van nog geen 10 centimeter, terwijl de Nederlandse vissers zijn gebonden aan een minimale maaswijdte van 23 centimeter.
Nydam-boot
Scandinavische boot van ± 300 n.C., gevonden bij Nydam in Sleeswijk. Was 22,84 m. lang en 3,26 m. breed en bestemd om te worden geroeid.
Oar
Roeispaan, roeiriem.
Octant
Hoekmeetinstrument waarvan de gradenboog slechts het achtste deel van een cirkel bedraagt en dat daarom minder nauwkeurig is dan een sextant. De octant van Hadley werd in 1731 uitgevonden. Zie ook Jacobsstaf, Kwadrant en Zeeastrolabium.
OCN
OptimistClub Nederland.
Oceanografie
De studie der zeeën.
Oceanis 350
Luxueus polyester zeiljacht met slaapaccommodatie voor zes of acht personen. L.O.A. 10,30 m., zeiloppervlak 69,10 m².
Ocean greyhound
Amerikaanse benaming voor snel passagiersschip.
Ocean lane
Zeeroute.
Oceaanrace
Zeilwedstrijd op de oceaan. De bekendste oceaanraces zijn de Transpac (Californië-Hawaii) en de Newport-Bermuda race.
Oceaan
Verzamelnaam voor de grote wereldzee, die in totaal 70,8% van de aarde omvat en wordt onderverdeeld in Atlantische Oceaan, Grote Oceaan en Indische Oceaan.
Occlusiefront
Front dat ontstaat wanneer het langzamer bewegend warmtefront in een depressie wordt ingehaald door het sneller bewegend koufront. Hierdoor ontstaat soms een frontale mist. Zie ook Mist.
Oc
Zonder verdere aanduiding op de zeekaart betekent dit dat het hier gaat om een single occulting light, dat wil zeggen een lichtsignaal dat meer licht dan donker vertoont. `Oc 6s` betekent bijvoorbeeld dat in elke periode van 6 seconden een licht verschijnt dat aanmerkelijk langer is dan de donkere periode, laten we zeggen 5 seconden licht, 1 seconde donker. Een verdere aanduiding tussen haakjes duidt op het aantal lichtsignalen per cyclus. `Oc (2) 8s` betekent bijvoorbeeld dat in elke periode van 8 seconden tweemaal een lichtsignaal wordt gegeven dat langer is dan de donkere fase. Zie ook F, FL, Iso, Mo(K), Q en VQ.
Oesterteelt
Ook: oestercultuur. Het uitplanten van oesterbroed op met kalk bestreken dakpannen in putten met water die weinig zout bevatten. Het oesterzaad zet zich op de oesterpannen vast. Deze pannen kunnen later in zee worden uitgezet.
Oesterbank
Ondiepe plaats in zee waar men oesters vindt of kweekt.
Oesterkor
Driehoekig ijzeren raam met een daaraan vastgemaakt ijzeren net, waarmee op oesters wordt gevist.
Oefencirkel
Een gecombineerde oefening van starten, oploeven, overstag gaan, afvallen, gijpen, oploeven en opnieuw starten.
Oebe
Opening of ruimte tussen twee beugen hoekwant of staande netten.
Offshore 700 Rescue
Trailerbare polyester knikspant motorboot. L.O.A. 7,20 m., breedte 2,85 m., diepgang 0,80 m.
Offshore 707
Zware polyester vis- en werkmotorboot, met een topsnelheid van 27 knopen. L.O.A. 7,07 m., breedte 2,85 m., diepgang 0,75 m.
Officiersballen
Gehaktballen bestemd voor de officieren, die vaak op slinkse wijze door de Jannen werden buitgemaakt.
Officieren
(1) Van boven naar beneden: admiraal (titel voorbehouden aan een mannelijke telg van het koninklijk huis), luitenant-admiraal, vice-admiraal, schout-bij-nacht, commandeur, kapitein-ter-zee, luitenant-ter-zee 1ste klas, luitenant-ter-zee 2de klas (oudste categorie), luitenant-ter-zee 2de klas, luitenant-ter-zee 3de klas. Zie ook Onderofficieren, subalterne officieren, hoofdofficieren en vlagofficieren. (2) Koopvaardijofficieren zijn stuurlieden, machinisten, kapiteins, radiotelegrafisten enz.
Offshore-activiteiten
Alle buitengaatse werkzaamheden die te maken hebben met de winning van aardgas en aardolie en de installatie van technische voorzieningen daarvoor. Zie ook Boor- en produktieplatform en Inshore.
Offshore racing
Wedstrijdzeilen op zee.
Okselvet
Deodorant.
Olympiajol
Ook: O-jol. Snel rondspant midzwaardbootje. L.O.A. 5 m., breedte 1,66 m., zeiloppervlak 10,50 m².
Olievel
Voorschoot van oliegoed.
Oliekatoen
Linnen voor de vervaardiging van oliegoed.
Oliegoed
Waterafstotende werkkleding.
Oliehemd
Jas van oliegoed die over het hoofd moest worden aangetrokken.
Olympische klasse
Klasse van schepen waarin Olympische wedstrijden worden gehouden.
Olympische baan
(1) Een door drie boeien gemarkeerde driehoeksbaan, bestaande uit een kruisrak, een ruimwindse – en een voordewindse koers. (2) Een baan met drie gelijke rakken, die telkens in een hoek van 60° ten opzichte van elkaar staan. Bij internationale wedstrijden heeft elk rak een lengte van ongeveer één zeemijl.
Omvormer
Apparaat dat 12 volt gelijkstroom omzet in 230 volt wisselstroom.
Omval
Onstabiel vaartuig.
Omtoor
De man die de volle aasbakken aanvoert, de kabeljauwkoppen afvoert, de kieuwen uitsnijdt enz.
Omslaan
Positie waarbij de boot verder dan 90° kapseist en doorgaans ondersteboven komt te liggen. Zie ook Brede zij, Mast het water in zeilen, Op één oor liggen en Rondrollen.
Omscheren
Lopend touwwerk anders scheren, om schavielen te voorkomen en eventuele slijtage gelijkmatig over het touwwerk te verdelen.
Omlopen
Langsscheepse steunknie voor de dekbalken van een botter.
Omhoog
Aan de grond.
Omhalen
(1) Het in een andere richting brengen van iets, bijvoorbeeld het schip, de ra`s of de zeilen. (2) Gijpen.
Omcirkelen
De klassieke opening van een matchrace. Na het binnenvaren van het startgebied beginnen beide tegenstanders elkaar te omcirkelen in de richting van de klok, waarbij elk probeert de beste positie te verkrijgen en te verhinderen dat de ander die positie krijgt.
Ombrassen
De zeilen door middel van brassen omhalen.
Ombaksen
Een stuk geschut zijdelings richten; rechts of links omzetten.
Onderzeebootjager
Torpedobootjager die speciaal is ingericht voor de bestrijding van onderzeeboten.
Onderzeil
Onderste der razeilen.
Onderzeilen
Op een langsscheeps getuigd schip worden hier doorgaans het grootzeil, de fok en de kluiver mee bedoeld.
Onderzeilsgast
Schepeling die belast is met het los- en vastmaken van de onderzeilen van een vierkantgetuigd schip.
Onderzeeboot
Vaartuig dat door het innemen of wegpompen van waterballast in staat is om onder water te varen, respectievelijk aan de oppervlakte te komen.
Onderwaterschip
Dat deel van het schip dat zich onder water bevindt wanneer de boot in het water ligt.
Onderwant
Zie Want
Onderstok
Onderste stok waarmee de breefok uitgezet wordt.
Onderreep
Reep langs de onderkant van de opening van een kuilnet.
Onderpees
Onderreep
Onderofficieren
Hieronder vallen bij de marine, van beneden naar boven, de functies korporaal, sergeant, sergeant-majoor en adjudant-onderofficier. Zie ook Officieren.
Ondermarsera
Zie Marsra
Onderlijkstrekker
Een lijntje dat dient om de schoothoek van het grootzeil op de giek naar achteren te trekken, zodat de voet van het zeil wordt gestrekt en het gehele zeil vlakker wordt.
Onderlijk
Onderrand van een zeil.
Onderlijkspanner
Onderlijkstrekker.
Onderkruiszeil
Zie Marszeil
Onderkoeling
Begint wanneer de lichaamstemperatuur onder de 35°C zakt. Bij ongeveer 20°C treedt de dood in. In het water koelt het lichaam 27 keer zo snel af als in windstille lucht. Zie ook Survivalpak en Wetsuit.
Onderkapitein
Rang tussen kapitein en eerste stuurman, die wel voorkwam op de zeilvaart, met name wanneer kapitein en onderkapitein beiden eigenaar van het schip waren.
Ondergrietje
Zie Bramzeil
Onderdeks
(1) Plafond. `De soep zit tegen het onderdeks.` (2) Beneden. `Die ouwe is onderdeks.`
Onderbramra
Zie Bramra
Onderbezaan
Bezaan onder de bovenbezaan.
Onder één vlag
In één jaar tijd.
Onder
Aan lijzijde.
Onbewegerd
Dit wil zeggen dat de inhouten zichtbaar zijn. Zie ook Wegering.
Oostaustralische stroom
Stroomt langs de oostkust van Australië. In verband met de Zuidequatoriaalstroom, de Equatoriale Tegenstroom en de heersende moesson zijn de richting en de snelheid van de stroom nogal variabel. uit de 17e eeuw
Oortouw
V-vormig lijnstuk (spruit) aan een oorstok.
Oorstok
Verticaal balkje aan weerskanten van de opening van een kuilnet.
Oorschot
Tussenschot van de bun.
Oorlog
Op 10 mei 1940 ontvingen de Nederlandse koopvaardijschepen via Scheveningen Radio de opdracht van de regering om uit te wijken naar de dichtstbijzijnde Britse, Franse of neutrale haven. Ruim 90% van de vloot was op zee: 465 grote-vaartschepen, 109 kustvaarders, 182 korte-vaartschepen, 49 zeeslepers en 38 vissersschepen, met aan boord ruim 18.000 officieren en manschappen. Van hen kwamen meer dan 3200 om het leven en meer dan de helft van de vloot werd tot zinken gebracht. Zie ook Vaarplicht.
Oorlamvaatje
Klein, sierlijk ovaal tonnetje met een koperen kraan en koperen banden, dat in de bottelarij van de schepen stond. De voorkant was wit geverfd en versierd met geschilderde gekruiste vlaggen, anker en kroon, zoals de traditie dat voorschreef.
Oorlam
(1) Borrel jenever, vroeger `s morgens en `s middags aan elke matroos uitgereikt, wanneer die ten minste twintig jaar oud was. (2) Oudgast; bevaren matroos. (3) Bij de koopvaardij: matroos die vroeger bij de marine heeft gediend.
Oor
Hoekstuk van een kuilnet (bij de oorstok).
Oogsplits
Tamp waaraan een oog gesplitst is.
Oogbout
Een aan dek gelaste bout met aan het uiteinde een oog, ter bevestiging van de staaldraden die bij het laadgerei worden gebruikt om de laadbomen goed vast te zetten.
Oog van de wind
De exacte windrichting.
Oog
Eiland. Komt in plaatsnamen voor, bijvoorbeeld Schiermonnikoog, Rottumeroog, Callantsoog, Langeoog, Spiekeroog en Wangerooge.
Oostzeetjalk
Zware tjalk met brede berghouten, een hoge kop en veel zeeg, die in Groningen werd gebouwd. Voorloper van de Groninger kustvaarder.
Oostwal
De Overijsselse en Gelderse Zuiderzeekust.
Oostwalbotter
Zie Botter
Oostzee
Ook: Baltische Zee. Randzee van de Atlantische Oceaan, tussen Zweden, Finland, Rusland, Estland, Letland, Litouwen, Polen, Duitsland en Denemarken. Staat in verbinding met de Noordzee. Het getijdenverloop is gering. Gemiddelde diepte 55 meter.
Oostindiëvaarders
Jarenlang hadden Hollandse zeelieden gevaren op Portugese schepen die op het Verre Oosten voeren en hadden zij gezien hoe lucratief deze handel was. En dus verliet op 2 april 1595 een eskader van vier schepen onder leiding van Cornelis Houtman de rede van Texel voor de `eerste schipvaert`, om `tot eere en dienst van het vaderlandt ende ons eygen profyt` zelf het geluk te beproeven. Na een tocht vol ontbering en tegenslag gingen op 24 juni 1596 de Amsterdam, de Duyfken, de Hollandia en de Mauritius voor anker in de baai van Bantam. De welwillende Indonesiërs konden toen niet bevroeden dat het 350 jaar zou duren alvorens zij zich van de Hollanders konden verlossen. In 1628 maakte Piet Heyn aan boord van het admiraalsschip de Amsterdam de Spaanse Zilvervloot buit. In de achttiende eeuw was er nog een Oostindiëvaarder met de naam Amsterdam. Dit 44 meter lange schip werd in 1749, op zijn eerste reis naar Azië, door de muitende bemanning op het strand gezet en verlaten. Nu, bijna 250 jaar later, ligt het schip nog altijd in Het Kanaal, bij Hastings, 250 meter ten zuiden van de vloedlijn. 70% van het schip en het merendeel van de lading is nog intact. Een replica van het schip is te bezichtigen voor het scheepvaartmuseum te Amsterdam. Zie ook afb. 36. In Australië heeft men een replica van de Duyfken gebouwd.
Opkloenen
Garen of katoen op kluwens (bollen) winden.
Ophouder
Ook: ophaler of toppenend. Touw gebruikt om een rondhout omhoog te houden.
Ophaalkoord
Koord waarmee het zeil uit het water wordt getrokken.
Ophaaltouw
Zie Joontouw
Opgedoekt
Zegt men van een zeil dat zo is opgewonden en vastgebonden dat het meteen weer gehesen kan worden.
Opgaand tij
Wanneer stroom en wind tegengestelde richtingen uitgaan.
Operation Sail
Verzameling tall ships vanuit de hele wereld. Vond plaats op 4 juli 1976 te New York, ter viering van de 200ste verjaardag van de Amerikaanse onafhankelijkheid (bicentennial). Het spektakel trok zes miljoen bezoekers.