Paaiskast
Kast voor het opbergen van schoonmaakartikelen.
Paaiskist
Kist bij de mast, waarin de paai (1) wat gereedschap bewaarde dat bij de hand moest zijn.
PCH
Radiotelefonieterm. Scheveningen Radio.
Pennetje
`Hij heeft zijn pennetje getrokken` zegt men van een loods die is overleden.
Peniche
Open oorlogsvaartuig met 3 masten en loggertuig.
Pendek
Onderbroek.
Pendel
Hulproer zwaaiend om een min of meer horizontale as.
Penalty
Strafmanoeuvre bij het matchracen, opgelegd door een umpire.
Pen
IJzeren pen door het boord om lijnen op te beleggen. Zie ook Dol.
Pelorus Jack
Naam van een mensvriendelijke dolfijn die alle schepen verwelkomde die de haven van Wellington binnenliepen. In 1904 vaardigde de regering van Nieuw-Zeeland een wet uit, krachtens welke iedereen die het waagde Pelorus Jack kwaad te doen of te storen als een misdadiger werd beschouwd.
Pelorus
Genoemd naar de stuurman Pelorus, die Hannibal naar Italië zou hebben teruggebracht. Een navigatie-instrument dat wordt gebruikt om peilingen te nemen. Het bestaat uit een schijf met langs de rand een graadverdeling; op een pen in het midden van de schijf kan een peiltoestel draaien, veelal bestaande uit keep en vizier. Doorgaans is de pelorus aan boord zodanig geplaatst, dat de lijn door 0° en 180° van de schijf evenwijdig is aan het langsscheepse symmetrievlak. Wordt over keep en vizier een punt gepeild, dan kan men op de graadverdeling van de schijf de relatieve peiling ten opzichte van de voorliggende koers van het jacht aflezen. Met behulp van de kompaskoers kan die worden omgezet in een kompaspeiling en-of een ware peiling.
Pelikaanhaak
Ook: sliphaak. Haak, veelal gecombineerd met spanner, die wordt gebruikt om een stag gemakkelijk te kunnen losmaken, bijvoorbeeld bij het strijken van de mast.
Pelican
In 1577 het vlaggeschip van Francis Drake, waarmee hij via Afrika naar Zuid-Amerika voer. Het schip was ongeveer 36 meter lang en had behalve negen `heren` (officieren) ook 80 bemanningsleden aan boord, waaronder 40 soldaten, een kleermaker, een schoenmaker, een apotheker en Drake`s persoonlijke trompettist.
Pelagische vissen
Vissen die, in tegenstelling tot demersale vissen, in de hele waterkolom zwemmen, dikwijls tot dicht bij het oppervlak, zoals haring en makreel. Zij leven doorgaans in scholen.
Pelagisch
Betrekking hebbend op de diepe zee, maar niet op de bodem.
Pek
Piek (voorpunt) van de botter.
Peilstation
Radiostation dat seinen voor radiopeiling uitzendt.
Peilraam
(n)Peilantenne
Peillood
(n)Lood
Peilkompas
Kompas met een pelorus. Het peilkompas wordt gebruikt om de hoek te bepalen tussen de lijn naar het object en het kompasnoorden. Het moet zodanig zijn opgesteld dat men vanaf het kompas over 360° vrij uitzicht heeft. Zie ook Stuurkompas.
Peiling met verzeiling
Hierbij wordt een punt tweemaal gepeild, op verschillende tijdstippen, onder een hoek van bij voorkeur 70 tot 110 graden.
Peiling
De hoek ten opzichte van het kompasnoorden, waarin een voorwerp wordt waargenomen. Een peiling uitgedrukt ten opzichte van de lengterichting van het schip is een relatieve peiling.
Peildochter
Onderdeel van een gyrokompas. Peilkompas dat een dochtermotor bevat die via tandraderen een roos met vaste zeilstreep aandrijft.
Peilantenne
Ook: peilraam. Draaibare antenne van een radiopeiltoestel, met een ringvormig raam. Vaak ook bestaande uit twee vaste ringvormige ramen, die haaks op elkaar staan.
Peek
Strandwacht; meestal een oude visser. (Baywatch in Katwijk anno 1880?)
Pedro Aspré 35
Stalen motorkruiser met slaapaccommodatie voor vier personen. L.O.A. 10,60 m.
Pedalo
Waterfiets.
Pearling
Onderduiken van de neus bij achteropkomende golven.
PGS
Persoonlijk gesprek. Een van de drie manieren om via Scheveningen Radio een radiotelefoniegesprek met een walstation aan te vragen. De kosten van een PGS bedragen het normale tarief voor het gevoerde telefoongesprek, vermeerderd met de kosten voor één minuut. Zie ook Collect Call en Dringend gesprek.
Pharos
Vuurtoren van Ouddorp, Goeree. Dateert van 1950 en is 56 m. hoog. Genoemd naar een der wereldwonderen. Het eiland Pharos, bij de haveninvaart van Alexandria, in de Nijldelta, was door een lange dam verbonden met de stad. De beroemde lichttoren werd in 280 v.C. gebouwd door de Griekse architect Sostratos, en de geschatte hoogte varieert van 130 tot 180 meter. In de 14e eeuw n.C. stortte de lichttoren in bij een aardbeving.
Pinisi
Traditioneel zeilschip van de Buginezen, van oudsher getuigd met een driehoekig zeil, dat aan spriettuig doet denken. De pinisi heeft doorgaans een enorme boegspriet en een achterschip dat ver naar achteren uitsteekt en hoog boven het water uitloopt. De meeste pinisi`s komen uit het district Ujung Pandang, het vroegere Makassar.
Pinas
(1) Ook: galeisloep. Klein zeilschip uit de 1»e en 17e eeuw, met hoge, platte spiegel en twee of drie masten. Werd als oorlogsschip en koopvaardijschip gebruikt. Was volgetuigd en enigszins kleiner dan de fluit. (2) Sloep aan boord van oude oorlogsschepen.
Pilot
(1) Loods. (2) Toegevoegd aan het type van een zeiljacht betekent dit dat het jacht een groot dekhuis heeft, waarin een salon en een stuurstand zijn ondergebracht, bijvoorbeeld `Hunter Pilot 27`.
Pilgrim
Brik waarmee Richard Henry Dana, de schrijver van Twee jaar voor de mast, in 1834 in honderdvijftig dagen van zijn woonplaats Boston naar Californië zeilde, via Kaap Hoorn. In 1836 keerde hij langs dezelfde weg terug met de Alert.
Pilar
Het wereldberoemde jacht van Ernest Hemingway, waarmee hij Duitse onderzeeërs achterna zat.
Piktol
Vierkant vaartuigje dat door scheepswerven werd gebruikt bij reparaties te water.
Pil
Scheepsarts. Pilar
Pikstaanderig weer
Zwoel zomerweer.
Pikol
VOC-handelsgewicht voor droge waar. Eén pikol is 61,76 kilo.
Pikjongen
Leerjongen op een scheepswerf, belast met de bereiding van pik, kalfaatwerk enz.
Pikhaak
Bootshaak
Pikheet
Koffie- of theepauze.
Pikbroek
Bijnaam voor een matroos.
Pijpkooi
IJzeren of houten raamwerk waarin een zeildoek is gespannen. De wanden van een boot waren vaak vochtig, en als men dan zijn opklapkooi dicht deed, werden de dekens nat. Dit kon worden voorkomen door er een pijpkooi tussen te plaatsen. Tegenwoordig ook gebruikt als noodbed.
Pijpenplan
Gegevens van een vrachtschip die met name belangrijk zijn bij reparaties in het buitenland.
Pigboat
Onderzeeër.
Piewiet 700
Degelijk polyester familiezeiljacht, meestal trailerbaar. L.O.A. 7 m., zeiloppervlak 20 m².
Piewiet 850
Compact polyester toerzeiljacht, waarmee ook langere kust- en zeereizen kunnen worden gemaakt. L.O.A. 8,50 m., zeiloppervlak 30,20 m².
Piewiet 930
Ruim polyester toerzeiljacht, met slaapaccommodatie voor zeven personen. L.O.A. 9,50 m.
Piewiet 1100
Zeer comfortabel polyester toerzeiljacht, met slaapaccommodatie voor acht personen. L.O.A. 11 m., zeiloppervlak 50,10 m².
Pier
(1) Lang, tamelijk smal, in zee stekend landhoofd of havendam. (2) In zee stekend wandelhoofd of lange steiger. Pieremachocheltocht. Soort carnavalstocht van alles wat drijft en op welke wijze dan ook wordt voortbewogen.
Piepen
Slapen. `De meester heeft er gisteravond aardig in geblazen. Hij ligt nog te piepen.`
Piekeval
Ook: nokkeval. Val waarmee men de piek (1) bedient.
Pieken
Doorzetten van het piekeval.
Piek
(1) De tophoek van een gaffelzeil. (2) Deel van het achter- en-of voorschip.
Plimsollmerk
UitwateringsmerkZie ook afb. 38.
Pleziervaart
Recreatievaart
Plet
Walshuid
Plecht
(1) Verhoogd dek bij de voorsteven. (2) Voor- of achterdek van een klein vaartuig.
Playboating
Spelevaren (op wildwater).
Platvoet
Wachtvan `s middags vier tot `s avonds acht uur.
Platte knoop
Knoop om twee einden van dezelfde dikte te verbinden.
Platlood
Plat stukje lood dat rond de onderreep geklemd wordt.
Platluis
Ook: platje. Hardnekkig diertje, waar sommige zeelui na een vluchtig contact aan de wal wel eens mee worden geconfronteerd. Er is echter wel van af te komen. Drie methoden: 1. De aangetaste delen goed inwrijven met liters petroleum. Niet roken a.u.b. 2. Een spiegel onder de aangetaste edele delen houden. De platjes denken dan: `Ha, nieuwe zak!` Vervolgens de spiegel snel over de muur gooien. 3. Een bak met ijsklontjes onder het klok- en hamerspel houden. De platjes krijgen het dan koud, gaan met al hun pootjes op hun rug staan kloppen en in hun handen wrijven, waardoor ze geen houvast meer hebben en in de bak met ijsklontjes vallen. Direct over de muur ermee. (Methode 1 werkt het best; ik spreek uit ervaring.)
Platkop
SchouwZie ook Spekbak.
Platje
(1) Zie Maassluis` platje. (Volgens mij komen die dingen alleen nog maar in Maassluis voor.) (2) Platluis.
Plática
(sp). Verlof tot ontscheping.
Platgat
(1) Hellingschuitje met platte voor- en achterkant. (2) De achteroverhang van een schip indien deze juist de waterlijn raakt.
Platbodem
Ook: platbodemjacht. Typisch Nederlands jacht met een plat vlak, zoals de botter of de schouw.
Plat voor het laken
Met de wind pal van achteren.
Plat liggen
Zie Brede zij.
Plat gaan
(1) Zie Brede zij. (2) Gaan slapen.
Plankzeilen
Surfen
Plankton
Het totaal aan plantaardige en dierlijke organismen, dat vrij zwevend in het open water leeft, geen of weinig eigen beweging bezit, dus niet tegen de stromingen in kan gaan. De organismen dienen als voedsel voor hogere dieren. Zie ook Fytoplankton en Zoöplankton.
Plankijs
Op palen gebouwde plankenvloer boven het water.
Planeren
Ook `glijden` of `scheren` genoemd. Een vaartuig planeert wanneer het, dank zij een bereikte relatieve grote snelheid, niet alleen door de hydrostatische kracht van het water wordt gedragen, maar ook door de dynamische krachten van het snel langs de romp stromende water. Het gewicht van het verplaatste water is dan kleiner dan het gewicht van het vaartuig; het gaat nog maar gedeeltelijk dóór het water en gedeeltelijk glijdt het óver het water. Daardoor kunnen nog hogere snelheden worden behaald.
Plané
In plané gaan = voor een deel met de boot of surfplank boven water komen.
Plain position indicator
Panoramascherm.
Placebo
Vaak een zeer goed middel tegen zeeziekte; beïnvloedt de vaarvaardigheid niet. Vraag ernaar bij de apotheek, maar vermeld er wel bij dat het tegen zeeziekte bedoeld is, want anders geven ze misschien een verkeerd geneesmiddel mee. Mijn vrouw krijgt altijd heel zware pillen van mij, namelijk Lactose 500 mg, en die werken perfect. Placebo`s werken echter niet bij iedereen, dus neem voor de zekerheid ook een ander geneesmiddel mee.
Plaat
(1) Zandbank; ondiepte. (2) IJzeren vloerplaat van de machinekamer. `De assistent(-machinist) poetst de plaat.`
Poop deck
(1) Kampagne. (2) Achterdek.
Poon
Tjalkachtig vaartuig met zijzwaarden en sterk oplopende voor- en achtersteven en één mast, in het zuiden des lands gebruikt als vrachtschip en beurtschip. Voerde bezaantuig.
Poolster
Ook: Polaris. De heldere ster die op het noordelijk halfrond bijna het ware noorden aangeeft. Helaas bevindt zich op het zuidelijk halfrond geen vergelijkbare ster aan het firmament.
Poolshoogte
De hoogte van de hemelpool boven de horizon. Is gelijk aan de geografische breedte van de plaats van waarneming.
Poollicht
Lichtverschijnsel aan de hemel dat niet al te ver van de polen kan worden waargenomen. Op het noordelijk halfrond is dat het noorderlicht (aurora borealis), op het zuidelijk halfrond het zuiderlicht (aurora australis).
Ponton
Drijvende, dichte bak, waarover soms een dek is gelegd. Wordt onder andere gebruikt als aanlegplaats in havens en rivieren, of als ondersteuning van noodbruggen. Poolanker. Licht, stokloos klipanker, dat zich in de bodem inwoelt. Ontworpen door de Kon. Ned. Grofsmederij te Leiden.
Pontfuik
Enigszins op een fuik gelijkend systeem van aanlegsteigers voor ponten of veerboten.
Pont
Breed platboomd vaartuig, dat dient om voertuigen en personen over een vaarwater te zetten.
Ponjaard
Korte sabel, als onderdeel van het uitgangstenue van een adelborst.
Polypropyleenlijnen
Drijvende vezels, maar lang niet zo sterk als nylonlijnen of polyesterlijnen. Soms kan de drijvende eigenschap echter gewenst zijn.
Polyesterlijnen
Sterke vezels met weinig rek en zeer goed bestand tegen slijtage. Vormvast, zowel nat als droog.
Polyester
Ook: polyesterhars. Kunststof waarvan veel zeilboten en kano`s zijn gemaakt, door middel van mallen.
Polster
Penterschouw
Polkakuil
Wonderkuil
Póliza de seguro
(sp). Verzekeringsbewijs.
Polinia
Open water, aan alle kanten omringd door zeeijs.
Poling
Bomen.
Pole
Boom, vaarboom.
Polder
(1) Ingedijkt en drooggelegd land, waarin het overtollige water via gemalen wordt weggepompt. (2) Meerpaal.
Polaris
De poolster.